Bija Westerhof-Hop werkte 22 jaar voor ’s Heeren Loo, waarvan de laatste 10 jaar voor Groot Emaus, het orthopedagogisch behandelcentrum voor jongeren met een licht verstandelijke beperking en ernstige gedragsproblemen. Per 1 mei neemt ze afscheid van 's Heeren Loo. In dit interview blikt Bija terug in de tijd en vertelt ze over haar ervaringen als manager en later als regiodirecteur.
Na de vraag of Bija ons mee wil nemen in een stukje geschiedenis vertelt ze over haar loopbaan bij Groot Emaus en het ontstaan van de naam. “Ik startte als manager zorg voor de toenmalige regio Middelrode met teams in Almelo en Borculo waar (zeer intensieve) behandelteams, arbeid en vrijetijd onder vielen en naast mijn taken als manager kreeg ik de ‘eerste locatie verantwoordelijkheid’ voor locatie Borculo. Maar dat bleek geen werkbare constructie. De ‘eerstverantwoordelijke’ rol werd opgeheven, waarna ik, naast de verantwoordelijkheid voor mijn teams, taken uitvoerde als waarnemend directeur.”
Middelrode en Arkemeyde samen als Groot Emaus richting transitie
Met de transitie van de jeugdzorg in het vooruitzicht besloot ’s Heeren Loo destijds echter de locatie Borculo vanaf eind 2014 te verhuizen naar Ermelo, wat toen nog ‘regio Emaus’ heette. In diezelfde periode werd ook locatie Soest (destijds Arkemeyde) toegevoegd aan het orthopedagogisch behandelcentrum van ’s Heeren Loo. De namen Middelrode en Arkemeyde maakten plaats voor de geschiedenisnaam Groot Emaus om de driemilieuvoorziening te positioneren. “Omdat we onder die naam al bekend waren en zijn in het jeugdzorg landschap”, vervolgt Bija.
“Ik begeleidde de verhuizingen naar Ermelo die startte met de verhuizing van de Zeer Intensieve Behandelgroep (ZIB) en ik droeg mijn teams, op één na (team Groevenbeek), over aan collega-managers. Door de transitie moesten op 1 januari 2016 contracten met alle gemeenten van Nederland aanbesteed zijn om behandeling te mogen blijven bieden. Als waarnemend directeur verzorgde ik deze exercitie samen met de directeur en een manager zorg. Hoe we dat achteraf gedaan hebben, moet je maar niet meer vragen 😉”.
Fascinerende dynamische en ongelooflijk uitdagende reis
In 2017 ging haar voorganger Piet Yntema met pensioen. “De Raad van Bestuur zocht een opvolger die de opgestarte transformatie kon begeleiden, maar hier werd niet direct een passende oplossing voor gevonden. De vraag rees of het haalbaar was om een manager vanuit het eigen MT door te laten schuiven naar de directeursrol. Hoewel dit niet meteen de voorkeur had, zowel van de RvB als van mij, besloten we uiteindelijk in gezamenlijkheid hier in het belang van Groot Emaus wel voor te gaan. Want kennis van de interne organisatie en de externe ontwikkelingen was in die tijd cruciaal. Om mij goed te ondersteunen werkte ik het eerste jaar in de rol van plaatsvervangend directeur naast Gerard van Egmond die toen directeur ’s Heeren Loo Onderwijs was. Toen Gerard in 2018 met pensioen ging maakte ik de overstap naar directeur Groot Emaus. Het was een fascinerende, ongekend dynamische en ongelooflijk uitdagende reis waarin ik veel heb ontdekt en geleerd.”
Duaal leiderschap
“In 2018 besloten Gerard, Jeannette van den Born (toenmalig hoofd behandeling/manager Advisium) en ik dat we samen 100% duaal gingen samenwerken. “Oftewel de belangendriehoek tussen ons moest altijd in balans zijn. Was die balans er niet, dan gingen we niet eerder verder met ons werk, totdat we de balans gevonden hadden. Dat was voor mij van enorm veel waarde. Deze beweging hebben we daarom altijd vastgehouden.”
"We gingen niet eerder verder met ons werk totdat we de balans hadden gevonden."
“Toen Gerard met pensioen ging werkte ik duaal met Jeannette. En sinds haar vertrek vorm ik het duo met haar opvolger Jeanine Mulder. Vorig jaar maakte 's Heeren Loo de keuze om met bedrijfsvoerders per regio te werken omdat er op dit gebied veel op ons af komt als organisatie. Zo ontstond de driehoeksamenwerking tussen Jeanine, manager bedrijfsvoering Vincent Nijland en mij. En of het nu duaal of in de driehoek is, samenwerken doen wij vanuit 100%. Ik wens het Jeanine en Vincent toe, dat zij deze samenwerking straks met mijn opvolger kunnen vinden, zowel duaal als in de driehoek. Vanuit mijn perspectief is dit cruciaal voor een behandelvoorziening.”
Wat vind je het mooie van de doelgroep van Groot Emaus?
“Ik ben iemand die gelooft in mensen en mogelijkheden als anderen ze niet meer zien. Vanuit die kwaliteit geniet ik intens van mijn werk, van de LVB-doelgroep met hun ouders en van de teams die ook hebben gekozen voor deze doelgroep. Ik ben in mijn werk veel jongeren en ouders tegenkomen met veel misluk-ervaringen die we binnen Groot Emaus succesvol in hun ontwikkeling hebben kunnen krijgen.”
“Ik ben iemand die gelooft in mensen en mogelijkheden als anderen ze niet meer zien."
“De doelgroep waarmee wij werken is er één waarbij je bereid moet zijn om echt contact aan te gaan, jezelf kwetsbaar op te stellen en bereid moet zijn om samen te zoeken naar de juiste opening om de ontwikkeling op gang te brengen. Regelmatig is het echt heel erg complex om deze opening te vinden en ik heb er een aantal grijze haren aan overgehouden. Maar als de opening er dan was, dan zag je al snel vliegwieltjes ontstaan bij de teams, de jongere en hun ouders.”
“Ik kan er vele prachtige verhalen en successen over vertellen. Achteraf gezien heb ik dat te weinig gedaan (ik heb een beetje te veel bescheidenheid van huis uit mee gekregen 😉). Maar ik ben trots dat ik heb mogen faciliteren dat een aantal jongeren met hun ouders en begeleiders de verhalen wel hebben verteld. Deze verhalen hebben we opgenomen en uitgetekend in ‘journeys’, waarvan er hopelijk nog vele zullen volgen. Want deze journeys gaan het verschil maken. Het lukt ons namelijk niet om vanuit onze professionele rollen het maatschappelijke beeld te wijzigen dat we als professionals een belang zouden hebben, en dat we kinderen schade toe brengen. Bij het lezen en zien van deze journeys vallen de monden stil als we in contact zijn met externen, gemeenten, andere ouders en niet-Groot Emaus jongeren. Dan pas komt het bewustzijn dat we samen met jongeren en ouders door moeilijke fases gaan, dat we elkaar vasthouden en uiteindelijk gezamenlijk de jongeren vanuit ontwikkeling hun leven terug te geven.”
“Tegelijk ken ik ook de jongeren bij wie het ons minder tot niet gelukt is om hun ontwikkeling op gang te krijgen. Op die momenten kijk ik met mededogen naar mezelf en ons als Groot Emaus collega's. We doen ons best, altijd. Maar we zijn niet perfect en kunnen niet alles fiksen bij zulke beschadigde kinderen. Desondanks blijven we de lat hoog leggen en ik weet dat we het echt goed doen. Het is hard werken met veel beperkingen maar we laten ons niet afleiden en blijven gefocust op de behandeling van deze jongeren. Dat is waar we als Groot Emaus voor zijn en voor staan.”
Is de complexiteit van de doelgroep veranderd?
Op de vraag of de doelgroep in de loop der tijd veranderd is antwoord Bija het volgende. “Heel diep in mijn hart kijkend denk ik niet dat de complexiteit van de doelgroep de afgelopen decennia is veranderd. Wat wel veranderd is, is dat we de 'standaard LVB4 jongeren' (minder complex) zoals we dit voor 2015 noemden, bijna niet meer in onze groepen treffen. Dat is een prachtig resultaat van de transitie. We krijgen hier alleen de echt complexe jongeren. Wat wel een extra uitdaging betekent voor een goede groepsdynamiek. Want we weten al jaren dat deze met 8 of 9 jongeren lastig is neer te zetten. Het vraagt altijd alertheid om die dynamiek goed in de gaten te hebben en hier tijdig op te anticiperen. Daar komt mijn respect voor de teams met de behandelaren en managers ook vandaan. Zeker met de huidige krapte op de arbeidsmarkt.”
"De complexiteit van de jongeren is niet veranderd, de maatschappij wordt complexer"
“Daarnaast moeten we niet vergeten dat de maatschappij, waar onze LVB-jongeren graag hun plekje in willen hebben, wel complexer wordt. Veel van onze jongeren worden niet begrepen. Er is steeds minder geduld, er zijn minder arbeidsmogelijkheden en er is een steeds grotere groep mensen die misbruik maakt van de kwetsbaarheid van onze jongeren. Gelukkig raakt het politieke landschap er steeds meer van doordrongen dat de oplossing niet ligt bij het alleen naar de jeugdigen kijken maar naar het geheel. Ik gun het de jongeren en ons als professionals dat dit leidt tot meer proactief sturen op een maatschappij waarbij LVB-jongeren weer gemakkelijker hun plekje kunnen vinden om mee te doen.”
Wat is er in jouw jaren bij Groot Emaus veranderd en waar ben je trots op?
“Pff, wat is veranderd. Zoveel! En waar ik trots op ben? Ook enorm veel. Laat ik beginnen te zeggen dat ik na 22 jaar in de non-profit sector heb geleerd dat we als maatschappij, en daarmee als organisaties, door fases heengaan. Er zijn tijden, diensten en samenwerkingen uit het verleden waar ik met heimwee aan terug denk en waarvan ik denk dat het fijn zou zijn als ze er nu nog waren geweest. Tegelijk weet ik dat stilstand achteruitgang is. Ik heb mezelf geleerd dat afscheid nemen van iets wat in een bepaalde fase niet meer werkt, gezond is. Dat het respectvol is naar alle betrokkenen en frustratie op de langere termijn voorkomt. Daarbij geeft het mij focus om vanuit die kwaliteitservaringen in het verleden, te zoeken naar nieuwe vormen, passend bij de nieuwe tijd. Voor mij heeft er altijd een leercurve in gezeten.”
“Trots ben ik op heel veel collega's die ik persoonlijk of vanuit mijn rol heb mogen leren kennen en die verantwoordelijkheid hebben genomen voor hun persoonlijke ontwikkeling naast hun professionele ontwikkeling. Het zijn completere mensen, collega's en professionals geworden.”
En heel erg trots ben ik op 2 specifieke jongeren, Seren en Sanne, en dan doe ik er heel veel tekort. Samen met de teams heb ik hen zo goed leren kennen. Zij hebben voor mij heel veel betekend. Het waren deze jongeren die het mogelijk maakten de diepste essentie waartoe Groot Emaus op aarde is te ervaren. Een belangrijk kompas voor mij om focus te houden, ook bij grote weerstand, in mijn rol als directeur.”
“Daarnaast ben ik trots op het team Vrijetijd dat na heel veel jaren vasthoudendheid steeds meer de plek krijgt waartoe ze bedoeld zijn in onze driemilieubehandelvoorziening. En op de duale- (manager/gedragswetenschapper) en de driehoeksamenwerking (manager/gedragswetenschapper/ begeleiders). En op de samenwerking met onderwijs die ongelooflijk ingewikkeld is, zeker als je elkaar nog niet goed kent. Maar iedere dag gaan we het weer aan met elkaar. Ik kan de keren niet meer tellen dat ik moeizame samenwerkingen op mijn bord kreeg maar er werd altijd weer een opening gevonden om verder te gaan.”
“Ook ben ik trots op het samenwerkingsverband Yeph, de succesformule in het zorglandschap voor dit moment. Ik zie hierbij aan alles dat andere samenwerkende gemeenten nu serieus overwegen om ook in deze formule te gaan werken.”
“Én ik ben ik trots op mijn duale samenwerking met Jeanine, hoofd behandeling Advsium bij Groot Emaus, op de samenwerking met de ondernemingsraad en dan vergeet ik er nog heel veel 😊.”
Wat zou naar jouw mening mogen veranderen?
“Ik gun het alle Groot Emaus collega's, dat ze in de leercurve blijven van waarderend leren. Dat het de norm wordt om binnen Groot Emaus elkaar checkvragen te stellen en niet voor onszelf in te vullen.
Welk moment is jou het meest bijgebleven?
“Ooit hadden we brand binnen Groevenbeek, één van de behandelgroepen. De BHV was getraind en we hadden een strakke ontruiming. Wat zag ik daar een enorme betrokkenheid van begeleiders om toch die brandende ruimte in te gaan, met gevaar voor eigen gezondheid, omdat ze wisten dat er nog een jongere binnen was. Cognitief beredeneerd hadden de collega's het niet hoeven doen, maar wat ken ik deze loyaliteit zelf ook, dat je het doet in het belang van de jongeren. En toch...”
Wat vond je het leukst van werken bij Groot Emaus?
“De dynamiek. In een dynamische omgeving functioneer ik op mijn best. Maar dan wel samen! Geen volle agenda willen, omdat er altijd een urgentie of situatie tussen kan komen die om aandacht vraagt.
Wat was jouw grootste uitdaging bij Groot Emaus?
“Mijn grootste uitdaging was om vanuit waarderend leren te komen tot een MT-samenwerking op regio niveau in plaats van allemaal eigen eilandjes. Waarbij ieder MT-lid consequent volgt wat we in ons beleid hebben afgesproken en waarbij onder andere het regiopatroon ‘duizend kansen beleid’ doorbroken werd. Waarbij overigens de beeldvorming over mij me om de oren sloeg. Ik heb heel wat keren gereflecteerd en steeds weer vastgesteld dat niet alle stappen en besluiten fijn en perfect waren, maar wel nodig om een duurzame beweging met betrekking tot kwaliteit van behandeling en kwaliteit van professie op gang te brengen.”
Wat wens je Groot Emaus toe?
“Ik wens alle professionals van Groot Emaus toe dat ze gefocust blijven op hun oorspronkelijke taak. En dat deze taak steeds getoetst wordt aan de context waarbinnen de taak zich bevindt. Het jeugdzorg landschap is nog zo in beweging dat de fase van een periode rust nog niet in zicht is. Om persoonlijk en als teams goed in balans te blijven is het noodzakelijk om focus te hebben. Uit eigen ervaring weet ik dat dit niet altijd gemakkelijk is maar gelukkig hoeft het niet alleen gedaan te worden. Doe het samen en focus is mijn wens! Groot Emaus is Groot Emaus om de professionals die er werken😉.
Wanneer kwam voor het eerst de gedachte bij je op dat het tijd was voor iets nieuws?
“Het gaat mij voor nu niet om iets nieuws. Ik heb vanaf 2014 veel tijd en energie besteed aan de transitie en de transformatie in de jeugdzorg. Ik kan er 100% achter staan dat veel zaken verbeterd kunnen worden in de jeugdzorg, maar wel vanuit de visie dat we voorwaarts leven en achterwaarts leren. Met de kennis van nu zouden we 10 – 15 – 20 jaar terug dingen echt anders hebben gedaan. Maar in de betreffende periodes waren we ook met kwaliteit en kwaliteitsontwikkeling bezig.”
“Vanaf de zomer 2021 merkte ik de eerste signalen van irritatie bij mezelf. En deze zijn niet meer weggegaan. Ik kan met mijn hoofd begrijpen dat het hele sociaal domein, inclusief de gemeenten, waar ik veel respect voor heb gekregen, de ontwikkelfase van transformatie door moeten. Maar mijn wil en geest is al 5 jaar verder. Ik weet na 7 jaar transitie wel wat werkzame elementen zijn en wat niet. Het vraagt nog veel geduld voordat alle gemeenten zover zijn dat er eenduidigheid en focus is om een dekkend en eenvoudig zorglandschap met ketens neer te zetten. Waarbij Groot Emaus altijd een sluitstuk van veel ketens zal zijn. Het geduld om hierop te wachten heb ik niet meer.”
“Om die reden, naast de grote reisafstand privé, heb ik besloten nu te stoppen. Ik vind het belangrijk om op het juiste moment deze keuze te maken en wil voorkomen dat mijn ongeduld en irritatie schade brengt aan de goede positie van Groot Emaus binnen alle samenwerkingen die er nu zijn om het zorglandschap op orde te krijgen voor jeugd.”
Wat ga je hierna doen?
Ik ga vooral heel veel wandelen en fietsen, vanuit een lege agenda. Heerlijk!
Alleen de agenda voor onze drie kinderen zal er zijn, want niet naar school brengen zal me niet in dank af worden genomen in Nederland 😉.
Ik wil de rust van actief buiten zijn gebruiken om te reflecteren op de jeugdzorg. Om vanuit een blanco situatie te ontdekken wat ik als vervolgstap wil in mijn werkzame leven. En als dit binnen de jeugdzorg is, op welke plek en welke manier ik dan het beste tot mijn recht kom om goed leven, mooi werk en een duurzaam gezonde omgevingen te realiseren!
Het ga jullie goed!
Diepe buiging voor alle hoogte- en dieptepunten die we samen beleefd hebben.