Er waren nog te veel cliënten met een uitzichtloos bestaan. Cliënten met ‘moeilijk gedrag’ waarop familie en zorgverleners geen antwoord meer hadden, vastgelopen in het leven. En er was de sterke overtuiging dat het beter kon. Met die achtergrond openden 10 jaar geleden de VIC-woningen (Very Intensive Care) hun deuren op het woonzorgpark in Ermelo. Debbie en Bettine, de startend en huidig manager zorg bij de VIC, vertellen over de waarde van deze zorg voor cliënten en de uitdagingen die daarbij horen.
De cliënt weer zien als mens
Debbie: “Het begon met de nieuwbouw waarin de VIC zou komen. Er zijn 2 woningen met 6 bewoners en 3 met 4 bewoners. Er is heel goed nagedacht over licht, zichtlijnen in de woningen, de tuinen en een werkruimte dicht bij de woning. Dat helpt om cliënten de juiste context te bieden. Maar het gaat natuurlijk ook vooral om een andere vorm van behandelen. Waarbij we de cliënt echt weer zien als mens. Dat we de cliënten laten ervaren dat het wel anders kan, ook al is het moeilijk, ook al duurt het lang. Waarbij we ook werken vanuit het vertrouwen dat we het samen voor elkaar krijgen, dat we het samen gaan doen’.”
De cliënten die er zouden komen, kwamen van andere woningen op het park. Er werd zorgvuldig afgewogen voor welke cliënten de VIC uitkomst bood. De medewerking van medewerkers vroeg aandacht, van de woningen waaruit de cliënten naar de VIC zouden verhuizen. “Het is toch een soort toegeven dat het zelf niet gelukt is ondanks alle inspanningen, dat is niet altijd makkelijk. En ook verwanten waren er niet altijd blij mee. Bijvoorbeeld de wetenschap dat alle deuren open zouden zijn, baarde hen zorgen. Nu is de ervaring anders, ontstaan er juist zorgen als wij denken dat cliënten er klaar voor zijn om uit te stromen. Omdat het hier juist zo goed gaat.”
Creatieve begeleiders met lef en zelfinzicht
De volgende stap was de werving van begeleiders voor de VIC. “We hebben er een flinke wervingscampagne op los gelaten, met wervingsdagen en acteurs erbij. We zochten mensen die lef hadden, creatief en met zelfinzicht. Werken op de VIC is niet makkelijk. Het vraagt van begeleiders dat ze altijd ‘aan staan’, alert zijn en ingewikkelde situaties het hoofd moeten bieden. En zeker in het begin hebben ze lange dagen gehad met de nodige onrust. We begonnen iets nieuws. Alle cliënten stonden pas aan het begin van hun behandeling. Er zijn destijds wel wat ramen gesneuveld.”
De persoonlijke successen die cliënten boeken
Na vijf jaar nam Debbie afscheid van de VIC. “Dat had ik van tevoren aangegeven: ik ga dit voor een bepaalde periode doen. Maar het afscheid was moeilijk. Je hebt alles samen met de begeleiders opgebouwd. Gezien met welke problematiek cliënten binnenkwamen en de persoonlijke successen die ze hebben geboekt in die tijd. Een jongen die volledig afgesloten van iedereen leefde, die weer in contact was en samen kon leven met de anderen in zijn groep. Een man die plots niet meer de woning in durfde en uiteindelijk toch zelf weer naar binnen liep. Met begeleiders die bleven volhouden, continu in zijn buurt waren. Na uren zijn hand weer konden vasthouden. Tot hij uiteindelijk zelf het vertrouwen weer had om de woning in te gaan.”
De ontwikkeling die je ziet bij cliënten vindt ook Bettine heel indrukwekkend. “Iemand die binnenkwam en dagelijks te maken had met fixaties, hij werkte niet of nauwelijks. Die doet nu weer mee, werkt elke dag, praat met mensen, is echt een gezelligerd. Of een cliënt met hele destructieve patronen. Daar zien we nu dat hij steeds beter om kan gaan met nieuwe dingen. Het lukt hem soms ook al om aan te geven dat iets moeilijk voor hem is. En het is weer mogelijk om in je eentje, als familie of begeleider, met hem mee op de fiets te gaan.
De nare verhalen gaan altijd snel, maar deze successen vaak minder. Toen ik na vijf jaar het stokje overnam van Debbie, vroegen collega’s ook of ik dat wel zeker wist. Het was een grote stap, ik had net 2,5 jaar ervaring als manager. Maar de VIC maakt echt een groot verschil in het leven van cliënten. We laten al het oude, de geschiedenis van de cliënt, achter ons. We zien de cliënt als mens, waar dat daarvoor door omstandigheden lastig was. Vooral de problematiek was in beeld. Het vasthouden van de behandellijn, continu meebewegen en naast de cliënt blijven staan, is van groot belang. We laten cliënten ervaren dat het echt anders kan door ze vertrouwen te geven. Het gaat niet altijd in een rechte lijn, maar binnen een paar weken zien we al verschil.”
Grote saamhorigheid
In de huidige arbeidsmarkt is het lastig om begeleiders te vinden. Dat geldt zeker ook voor de VIC. “Het is pittig. We zijn voor cliënten het laatste station. We zeggen niet ‘deze cliënt past hier niet’, maar wij passen ons aan. Verandering is de regel, hoe ingewikkeld het ook is”, zegt Debbie. Bettine vult aan: “De andere kant is: de visie achter de VIC is echt heel mooi. Ik heb heel veel geleerd over de behandelvisie Triple-C, ook van begeleiders. Die is erop gericht om cliënten het gewone leven te laten ervaren. Daarnaast is de saamhorigheid groot.” Debbie: “Er is echt een andere energie op samenwerken voelbaar. Dat heeft in coronatijd wel onder druk gestaan, omdat we toen met z’n allen juist niet dichtbij elkaar mochten zijn. Maar het teamgevoel, allemaal vanuit dezelfde visie werken, zonder uitleg weten waarom je collega’s doen wat ze doen, is echt belangrijk om cliënten te behandelen en ze hun competenties te laten ontwikkelen.” Bettine besluit: “Het is echt een superleuke plek om te werken!”