Ambulante begeleiding

Ambulante begeleiding is bedoeld voor kinderen, jongeren en volwassenen met een lichte verstandelijke beperking (LVB) of een gemiddeld begaafd niveau met een sociaal emotionele achterstand (bv. ASS) gericht op het vergroten van hun zelfstandigheid en zelfredzaamheid in de eigen leefomgeving en het versterken van de steun vanuit het sociale netwerk.

  • Indicatiecriteria:

    • leeftijd: alle leeftijden;
    • ontwikkelingsniveau/IQ: LVB, een totaal intelligentiequotiënt tussen de 50 en 85, of een IQ > 85 in combinatie met sociaal-emotionele achterstand/ sociale aanpassingsproblemen;
    • problematiek: verminderde zelfredzaamheid, gedragsproblemen, overbelasting van ouders, beperkt sociaal netwerk, beperkt of afwezig regelvermogen, eventueel schulden en weerstand tegen behandeling;
    • hulpvraag: help mij om zo zelfstandig als mogelijk te leven en biedt ondersteuning waar ik dat nodig heb.

    Contra-indicaties:

    • onveiligheid in de thuissituatie;
    • verslavingsproblematiek en/of psychische stoornissen die het dagelijks leven sterk beïnvloedt (tenzij ambulante ondersteuning aanvullend is op specialistische ondersteuning);
    • agressie in de thuissituatie en/of agressie gericht naar de ambulante begeleider;
    • als er behandeling geadviseerd wordt voor het minderjarige kind, maar de ouders geen behandeling maar begeleiding willen. Voor meerderjarige jongeren geldt dat zij dit zelf mogen bepalen.

    Als cliënten inzet van extra producten/hulpverleningsvormen weigeren terwijl die wel nodig zijn, dan is de ondersteuningsvraag voor de ambulant begeleiders alleen te zwaar.

  • Hoofddoel:

    • de cliënt leidt en zo zelfstandig mogelijk leven in de eigen leefomgeving. De ondersteuning is gericht op het bevorderen, het behoud of het compenseren van de zelfredzaamheid en het versterken van de steun vanuit het sociale netwerk.

    Subdoelen zijn afhankelijk van de leeftijd, de context en de ontwikkelingsmogelijkheden:

    • ouders zijn meer in balans doordat de draagkracht en draaglast meer in evenwicht is;
    • de cliënt heeft iemand die hij vertrouwt, die naar hem luistert;
    • de cliënt is gemotiveerd voor mogelijke behandelingen die geadviseerd worden;
    • het sociale netwerk is steviger en meer uitgebreid zodat de cliënt zelfstandiger kan wonen eventueel zonder ambulante begeleiding;
    • de cliënt participeert in werk of onderwijs;
    • de cliënt kan omgaan met autoriteiten, openbare instellingen en instanties;
    • de zorg voor de eigen gezondheid en uiterlijk is toegenomen;
    • de cliënt is in staat een eigen huishouden te voeren;
    • de cliënt is financieel stabiel en heeft zicht op het eigen patroon van in- en uitgaven.
  • Aard werkzaamheden

    De ambulant begeleider inventariseert de hulpvragen van de cliënt (en diens ouders waar passend) en zal starten met praktische hulp/ondersteuning om eerste stappen te zetten en het vertrouwen te winnen van de cliënt. De begeleider neemt voldoende tijd om de cliënt te leren kennen en hem gelegenheid geven om de begeleider te leren kennen. Om het vertrouwen op te bouwen is het belangrijk dat de cliënt ervaart dat de begeleider doet wat hij zegt en zegt wat hij doet. De ambulant begeleider sluit aan bij de waarden en normen van de cliënt (zolang deze binnen acceptabele normen en waarden vallen): de begeleider is te gast en past zich aan.

    In de kennismakingsperiode onderneemt de begeleider samen met de cliënt activiteiten waarbij de begeleider ondersteuning biedt en meer te weten komt over de cliënt en diens achtergrond. Daarna stelt de ambulant begeleider doelen op met de cliënt. Deze worden regelmatig geëvalueerd met (wanneer mogelijk) de cliënt. Zo vaak als nodig is komt de ambulant begeleider bij de cliënt thuis om aan de ondersteuningsbehoefte te voldoen. Dat kan alle werkdagen van de week zijn en meerdere uren per dag. Dit is afhankelijk van de ondersteuningsbehoefte en de afgegeven indicatie voor de begeleiding.

    Werkzame elementen

    Er wordt gebruikt gemaakt van elementen uit competentiegericht en oplossingsgericht werken.

    • Er wordt in de eerste drie maanden een plan opgesteld met de cliënt/ouders. Er wordt doelgericht gewerkt en er wordt gekeken naar ontwikkelingsmogelijkheden van de cliënt.
    • Activiteiten worden aangepast aan het ontwikkelingsniveau van de cliënt.
    • De eigen kracht van de cliënt wordt zoveel mogelijk versterkt (empowerment).
    • Er wordt vraaggericht gewerkt om de begeleiding zo goed mogelijk aan te laten sluiten op de wensen van de cliënt.
    • Er wordt bij ieder bezoek geïnventariseerd wat cliënt bezighoudt. Als er veel andere zaken spelen, dan heeft de cliënt geen ruimte om zich te richten op de doelen. Daarvoor is eerst rust en orde nodig. Het maken van een planning/agenda kan helpen om de cliënt overzicht en duidelijkheid te geven en daarmee rust te creëren zodat aan de doelen gewerkt kan worden.
    • De ambulant begeleider werkt flexibel en kan daarmee aansluiten bij de actuele hulpvraag. Dit betekent niet dat de begeleider altijd direct antwoord kan geven op een vraag. Hij is afhankelijk van andere afspraken en soms wil hij bewust dat cliënten hun vraag uitstellen tot aan de gemaakte afspraak.

    Aanvullend voor jeugdigen:
    De richtlijnen Ernstige gedragsproblemen, Samen met ouders en jeugdige beslissen over passende hulp (onderdeel van de Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming ontwikkelt door Het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP), de Nederlandse vereniging van pedagogen en onderwijskundigen (NVO) en de Beroepsvereniging van Professionals in Sociaal Werk (BPSW)) bevatten nog meer werkzame elementen rondom het ondersteunen van jeugdigen met ambulante hulpvragen.

    Betrokkenheid ouders en andere personen uit het sociale netwerk

    Als de jeugdige nog thuis woont, zullen ouders betrokken worden en meedenken in de hulpvragen en de ondersteuningsbehoefte van de jeugdige. Ouders worden altijd uitgenodigd bij evaluaties en ondertekenen het begeleidingsplan bij jeugdigen onder de 16 jaar. Indien ouders en/of de jeugdige wensen dat er mensen uit het sociale netwerk ingezet worden, is dit mogelijk. De ambulant begeleider houdt zicht op mogelijke inzet vanuit het sociale netwerk en andere mogelijkheden om de zelfstandigheid van de cliënt te vergroten. Indien de cliënt niet meer in een gezinssituatie woont en ouder is dan 16 jaar, worden ouders en het sociale netwerk alleen betrokken wanneer de cliënt dat wenst en er toestemming voor geeft. Wel blijft de ambulante begeleider alert op mogelijke ondersteuning vanuit het netwerk en zal dit open en transparant bespreken met de cliënt.

    Specifieke aanpassingen voor de omschreven doelgroep(en)

    De benaderingswijze, basisattitude en technieken zijn aangepast voor mensen met een LVB. Er wordt altijd gekeken naar ontwikkelingsmogelijkheden en de begeleiding is laagdrempelig en actief. Samen activiteiten ondernemen in plaats van statische gesprekken kenmerken ambulante begeleiding. Taken van de ADL die de cliënt niet kan, worden door de ambulante begeleider in afstemming met de cliënt ondersteund en samengedaan. Er wordt veel gewerkt met telefonisch app-contact, wat goed aansluit bij vooral jeugdigen en jongvolwassenen met een LVB. De ambulant begeleider handelt voorspelbaar, gestructureerd en duidelijk en zorgt altijd voor een open, betrouwbare en transparante begeleiding.

    Duur, frequentie en vorm van de interventie

    Ambulante begeleiding heeft een erg gevarieerde vorm. Het kan bv. gaan om 1 uur per 2 weken en om 8 uur begeleiding op alle werkdagen. Dit is afhankelijk van de ondersteuningsbehoefte en de afgegeven indicatie voor de begeleiding. De duur kan van een half jaar zijn tot het verdere leven van de cliënt.

    Tijdsinvestering van de professional(s)

    Aantal sessies (de gehele interventie): varieert van 12 tot zoveel als nodig is.
    Aantal minuten per sessie: variërend van 30 tot 300 minuten.

  • Gebaseerd op / bewerking van:

    Praktische Gezinsbegeleiding en Aanpak en Begeleiding Arbeidstoeleiding.

    Er zijn diverse begeleidingsvormen, veelal gericht op jongeren of gezinssituaties. De ambulante begeleiding is ontstaan ter ontlasting van ouders van een kind met een LVB en vanuit de ondersteuning aan jongeren met een residentieel hulpverleden.

    Er wordt gebruik gemaakt van elementen van competentiegericht en oplossingsgericht werken.

    Effectiviteit

    Er is geen onderzoek naar de effectiviteit van deze interventie gedaan.



Locaties

Filters

Cliëntgroep
Leeftijd
Cognitief niveau
Sociaal-emotioneel niveau
Begeleidingsintensiteit
Type nachtzorg
Specifieke kennis en kunde
Aantal gevonden locaties: 15